De realisatie van gevulde pauzes in L1-Nederlands en L2-Engels
Title | De realisatie van gevulde pauzes in L1-Nederlands en L2-Engels |
Publication Type | Presentation |
Year of Publication | 2018 |
Conference Name | Dag van de Fonetiek 2018 |
Authors | de Boer, Meike, and Willemijn Heeren |
Publisher | Nederlandse Vereniging voor Fonetische Wetenschappen |
Conference Location | Amsterdam, The Netherlands |
Abstract | Binnen talen bevatten de pauzemarkeerders ‘uh’ en ‘um’ waardevolle informatie voor forensische sprekervergelijkingen (e.g. Braun & Rosin, 2015; Hughes et al., 2016). Volgens Clark en Fox Tree (2002) nemen sprekers hun pauzemarkeerders vaak mee van de eerste (L1) naar de tweede taal (L2). Dit voorspelt dat pauzemarkeerders in L1 en L2 forensisch met elkaar vergeleken kunnen worden. Moedertaalsprekers van verschillende talen gebruiken pauzemarkeerders echter verschillend (De Leeuw, 2007; Wieling et al., 2016), wat suggereert dat geoefende L2-sprekers hun gebruik aanpassen. We onderzochten pauzemarkeerders in spontane spraak van twintig Nederlandse studentes in zowel L1-Nederlands als L2-Engels (minimaal B1-niveau ERK/CEFR; Quené et al., 2017). De vraag was hoe deze sprekers ‘uh’ en ‘um’ produceren in beide talen, en hoe vergelijkbaar de realisaties zijn betreffende zowel de proportie uh:um als de fonetische vorm. Overeenkomstig Nederlandse versus Engelse moedertaalsprekers (De Leeuw, 2007; Wieling et al., 2016) gebruikten de onderzochte sprekers in het Nederlands twee keer zo vaak ‘uh’ als ‘um’, terwijl ze in het Engels beide vormen ongeveer even vaak gebruikten. Daarnaast lieten formantmetingen zien dat de centrale klinker in L2-Engels meer open en naar achteren gerealiseerd werd dan in L1-Nederlands. In de presentatie bespreken we tenslotte mogelijke gevolgen voor forensische sprekervergelijkingen. Referenties |